Saguinus oedipus

 

Het liszt-aapje behoort tot de pinché- of pruikaapjes. De soort dankt zijn Nederlandse naam aan de gelijkenis met componist Frans Liszt, die opviel vanwege zijn typische haardracht. De sneeuwwitte kopmanen van dit aapje zijn dan ook zeer opvallend, vooral als het aapje zijn haren opzet om te imponeren of bij opwinding. Alle pinché-aapjes zijn voortreffelijke springers en als ze van boom tot boom springen kunnen ze makkelijk afstanden van drie meter overbruggen.

Voedsel

Liszt-aapjes zijn goede jagers en eten veel vlees. Ze vangen niet alleen insecten, maar ook muizen en vogels zo groot als een parkiet. Jonge dieren moeten van oudere groepsgenoten leren hoe ze moeten jagen en hoe ze een prooi moeten doden.

Voortplanting

Gemiddeld duurt de dracht bij Liszt-aapjes zo’n 140-170 dagen. In een groep krijgt doorgaans maar één vrouwtje jongen. De vader en de andere groepsleden, meestal oudere jongen van het ouderkoppeltje, dragen en verzorgen de jongen. Als de jongen honger hebben, worden ze even aan de moeder gegeven zodat ze bij haar kunnen drinken.

Leefgebied

Noord-Colombia.