Stekelvarken

Hystrix cristata

stekelvarken

Het stekelvarken heeft zijn naam te danken aan zijn grote zwart-witte stekels. Bij bedreiging zet hij zijn stekels overeind en rent achteruit op de vijand af en schudt met zijn staart waardoor de staart een ratelend geluid maakt,Hij weegt ongeveer 10 kg en heeft een lengte van 63 tot 80 centimeter.

Voedsel

Het stekelvarken leeft vooral van het groen van planten, wortelen, knollen, akkerproducten en zelden van dierlijk voedsel.

Voortplanting

Jaarlijks wordt er één nest jongen geworpen. Na een draagtijd van 6 tot 8 weken krijgt het vrouwtje 1 tot 4 jongen. Deze jongen worden door beide ouders grootgebracht. Na ongeveer twee maanden zijn de jongen al zelfstandig en gaan hun eigen weg.

Leefgebied

Stekelvarkens komen voor in de warme gebieden van Azië, Afrika tot Sicilië en Zuid-Italië. Ze leven in zanderige en rotsachtige, warme gebieden, maar ook in de buurt van mensen

Het stekelvarken werd mogelijk al in de oudheid vanuit Afrika in Europa ingevoerd. Door zijn zwart-witte stekels is hij met geen ander dier te verwarren. De stekels zijn omgevormde verstevigde stijve haren. Bij een gevecht blijven loszittende stekels in de aanvaller steken. Als het stekelvarken zich dreigend uitschudt, kunnen stekels meters ver weggeslingerd worden. Hierop is het onjuiste volksgeloof gebaseerd dat het dier gericht zijn stekels op zijn vijand zou kunnen afschieten.

Aan het staartuiteinde bevinden zich holle hoornhulsjes die een ratelend geluid produceren als ze tegen elkaar aangeschud worden. Het moet een enorme indruk maken op een aanvaller, als een kwaad ratelend stekelvarken dat daarbij ook nog knort, blaast en met zijn achterpoten trommelt, zich met opgezette stekels achteruitlopend naar hem toe draait.

Ook bij onenigheid tussen soortgenoten worden de stekels als wapen ingezet. Een vrouwtje dat nog niet tot paren bereid is, duwt een achter haar staande ‘vrijer’ achteruitlopend weg en prikt hem met haar stekels in zijn snuit. Niet zelden lopen de mannetjes daarna met een volgeprikte snuit rond! Het vrouwtje geeft haar bereidheid tot paren tenslotte aan door haar gewapende staart naar voren over de rug te klappen.

De pasgeboren jongen hebben ook al stekels, maar deze zijn nog zacht. De stekels worden in de loop van de eerste dagen na de geboorte hard. Toch wordt het jonge dier ijverig door alle volwassen leden van de familiegroep gelikt en kunnen ze nauwelijks de liefkozingen van de familie ontlopen. Ook mannetjes en vrouwtjes tonen hun wederzijdse genegenheid door te likken. De tong is relatief ongevoelig voor verwondingen door de sterk verhoornde bovenkant.